Volgens de psychodynamische benadering kennen mensen zowel bewuste als onbewuste drijfveren die van invloed zijn op hun gedachten en gedrag. De bewuste drijfveren herkennen ze als zodanig terwijl ze van de onbewuste geen weet hebben. In sommige gevallen kunnen deze bewuste en onbewuste drijfveren met elkaar botsen. Gedurende de psychodynamische psychotherapie wordt getracht contact te maken met de onbewuste processen waarbij de therapeut zijn cliënt begeleidt bij zijn oplossingsvermogen. Er is hierbij sprake van een sterke gerichtheid op gevoelsbeleving in het hier en nu.
De term dynamisch verwijst aan de ene kant naar de kern van de methode, die gericht is op afweer en weerstand die intensief bewerkt worden. Aan de andere kant houdt dit de beperking van de behandelwijze in, waarbij de toepasbaarheid ervan kan afnemen indien door de aard van de klachten of de persoonlijkheid de afweer minder goed georganiseerd is.
De moderne psychodynamische psychotherapieën zijn gebaseerd op psychoanalytische theorieën maar verschillen er qua methode en technieken van door de gestructureerde manier waarop de therapeut in samenwerking met de cliënt diens problemen benadert en behandelt. Bij deze korte en efficiënte behandelvorm wordt dikwijls een maximaal aantal zittingen vastgesteld met een variabele frequentie.
De korte dynamische psychotherapie vereist een actieve samenwerking tussen cliënt en behandelaar waarbij beiden een eigen taakstelling hebben om het gezamenlijk doel te bereiken, namelijk het durven herkennen van gevoelens, deze te begrijpen en desgewenst te uiten.
Op actieve wijze richt de behandelaar de aandacht van de cliënt tijdens de therapie zo snel mogelijk op de diverse mechanismen die deze gebruikt om zijn gevoelens te vermijden/voorkomen waardoor deze niet bewust ervaren en onderzocht kunnen worden. Hierdoor leert de cliënt deze mechanismen snel te herkennen en los te laten. Aan de hand van concrete situaties en interacties worden vervolgens de diverse gevoelens van de cliënt naar boven gehaald en overwonnen. Dikwijls duiken er tijdens dit proces pijnlijke herinneringen uit het verleden op waarbij wordt gekeken naar het verband tussen deze vroegere en de huidige pijnlijke ervaringen. Hierbij worden de vroegere pijnlijke gevoelens bewust onderzocht zodat deze verwerkt en opgeruimd kunnen worden.
De therapie begint met een langdurige zitting (proeftherapie) waarbij op actieve, confronterende wijze wordt geprobeerd het ‘onbewuste’ van de cliënt te openen. Hierbij wordt nauwkeurig in de gaten gehouden hoe de cliënt reageert. De manier waarop de therapeut daarbij te werk gaat kan verschillen aangezien deze samenhangt met de typische weerstanden van degene die behandeld wordt. Deze zitting zal uiteindelijk duidelijk maken of deze therapievorm geschikt is voor de cliënt in kwestie.
De proefzitting bestaat uit verschillende fases:
- Druk uitoefenen: waarbij de therapeut druk op de cliënt uitoefent om diepliggende onbewuste gevoelens te ervaren die de oorzaak van de symptomen en klachten zijn
- Angst verhogen: de manier waarop de behandelaar de cliënt benadert werkt angst verhogend wat tot afweer leidt
- Afweer uitdagen: hierbij is veel aandacht voor de zogenaamde karakterweerstanden, die onderdrukte gevoelens van de cliënt op dat moment verbergen. Om bij deze gevoelens te komen worden de typische trekken van de cliënt door de therapeut gespiegeld en doorbroken waardoor de afstand tussen de cliënt en de psychotherapeut verdwijnt.
- Negatieve overdracht: de negatieve overdrachtsgevoelens die ten opzichte van de behandelaar ontstaan ten gevolge van het ontwrichten van de weerstand en het activeren van de onderdrukte gevoelens van de cliënt dienen hierbij uitgebreid tot uitdrukking te komen in het hier en nu. De bijbehorende beelden worden gedetailleerd uitgevraagd en gekoppeld aan de gevoelens van de cliënt in het hier en nu. Aan de onderdrukte gevoelens die hier vervolgens door vrijkomen wordt ook uitvoerig aandacht besteed.
- Schuld en schaamte analyseren: de schuld- en schaamtegevoelens die dikwijls op de agressie volgen worden vaak opgevat als afweer van dieperliggende, vaak tedere gevoelens. Ook aan deze gevoelens wordt uitgebreid aandacht besteed en in het hier en nu tot uitdrukking gebracht.
- Unlocking: in deze fase vinden (meestal gedeeltelijke) doorbraken van dieperliggende en tot dan toe afgeweerde gevoelens en conflicten plaats waarbij sprake is van opluchting. De opgeroepen of opgekomen beelden worden uitvoerig besproken en de bijbehorende gevoelens onderzocht waardoor nieuwe onderdrukte gevoelens naar boven worden gehaald.
- Driehoeken: vanaf deze fase kan er zinvol met driehoeken als de conflict- en personendriehoek gewerkt worden aangezien er opening van het onbewuste heeft plaatsgevonden. Met behulp van de conflictdriehoek kan in kaart gebracht worden hoe remmende emoties vermeden worden en welke afweer daarbij behulpzaam is. Deze emoties bedekken namelijk de gevoelens die nodig zijn om problemen te boven te komen en het contact met anderen te verbeteren. De personendriehoek kan gebruikt worden om na te gaan op welke manier een kernconflict tot uitdrukking komt in de relatie met anderen in het nu, anderen vroeger of de therapeut. Door het kernconflict te beschrijven wordt duidelijk via welke afweer welke emoties geblokkeerd worden en welke remmende gevoelens worden vermeden.
De houding van de therapeut is zeker in de beginfase van de behandeling actief, emotioneel betrokken, echt en authentiek. In deze fase worden dikwijls uitgebreide zittingen gehouden, die tussen de twee en vier uur duren. Afhankelijk van het weerstandspatroon van de cliënt toont de therapeut zich empatisch, neutraal of ingetogen en gebruikt dit als techniek in plaats van een dergelijke houding aan te nemen. Ten opzichte van de weerstand van de cliënt is de behandelaar kritisch en soms afwijzend. Voor de authentieke gevoelens van de cliënt wordt door hem respect getoond waarbij gestreefd wordt naar een maximale gevoelsbeleving tijdens de behandelingen en het hier en nu het verleden en de toekomst domineert.
Cliënten die verbaal slecht ontwikkeld zijn of een slecht ontwikkelde cognitieve intelligentie hebben komen minder snel in aanmerking voor kortdurende psychodynamische therapie.
Kortdurende psychodynamische therapie bij depressie
Bij mensen met een depressie blijkt kortdurende psychodynamische therapie even effectief als andere therapieën, vooral cognitieve gedragstherapie. De therapie is uitermate geschikt voor depressieve mensen die door hun levenservaringen intimiteit met zichzelf en/of met anderen uit de weg gaan en/of schuwen. Deze mensen herkennen dikwijls hun eigen gevoelens niet aangezien zij deze direct overschreeuwen, bagatelliseren, bij voorbaat negeren of verstandelijk wegredeneren of geneigd zijn de ander eerder te begrijpen dan zichzelf. Ook is het mogelijk dat zij hun gevoelens diep van binnen nog wel herkennen maar zich direct angstig en schuldig erover voelen en ze alsnog wegdrukken of niet meer uiten.